Hoewel ik altijd mijn best doe om “vaktaal” te vermijden, merk ik toch dat er mettertijd heel wat jargon in dit blog is geslopen. Daarom deze verklarende begrippenlijst bloggen met meer dan 100 termen rondom alles wat met bloggen te maken heeft.
Bij sommige woorden zul je (BTj) vinden. Dat staat voor Blogtrommel jargon: mijn eigen woordenschat of mijn persoonlijk interpretatie van wat sommige woorden betekenen.
Deze vaak gebruikte blogtermen zouden parate kennis moeten zijn voor iedere ambitieuze blogger. Voor jouw gebruiksgemak werd de woordenlijst alfabetisch gerangschikt. Deze begrippenlijst zal later nog worden aangevuld.
Laatste update: 17/07/2021
Begrippenlijst bloggen
A
Actief blog: Weblog dat (zeer) regelmatig wordt geüpdatet en/of waar zeer veel interactie is tussen de blogger en zijn publiek.
Advertorial: Verdienmodel waarbij een blogpost tot stand komt in samenwerking met een commerciële partij in ruil voor een vergoeding. Het kan ook zijn dat de advertorial panklaar wordt aangeleverd door het bedrijf in kwestie. Een advertotial wordt geschreven om een commercieel product of dienst te promoten.
Affiliate marketing: Verdienmodel waar je via je blog onrechtstreeks producten van een adverteerder verkoopt. Eventueel schrijf je ook over deze producten, waarbij je jouw persoonlijke affiliate link gebruikt om naar het product te linken. Als één van jouw bezoekers deze link aanklikt en het bewuste product daadwerkelijk koopt, krijg jij een commissie uitbetaald.
AMP: Accelerated Mobile Pages. Design standaard ontwikkeld door Google speciaal toegespitst op mobiele gebruikers. AMP toont een speciaal op maat gemaakte pagina ontdaan van zowat alle opmaak. Bedoeling is om zo de laadtijd – vooral een groot probleem bij mobiel internet – drastisch in te korten.
Anchor text: Meestal anders gekleurd dan de andere tekst op een webpagina. Daarachter zit een link naar een andere webpagina. Klik de link aan en je wordt naar die andere pagina verwezen.
Attention span: Tijdspanne gedurende dewelke een lezer geconcentreerd kan blijven zonder te worden afgeleid. Op het internet is die attention span niet veel meer dan enkele minuten. Als blogger kan je daar maar beter rekening mee houden. Hoe dan? In de eerste plaats door met een boeiend verhaal te komen. Verder moeten je teksten makkelijk lezen en ook niet al te lang zijn….
B
Backend: Zie Dashboard.
Black hat SEO: Oneigelijk gebruik maken van SEO-technieken. Strategie die erin bestaat misbruik te maken van de zwaktes van zoekrobots, door ze om de tuin te leiden. Het gaat in dit geval om pagina’s die dikwijls weinig toegevoegde waarde hebben voor de lezer. Bedoeling is om webpagina’s bovenaan in de zoekresultaten te parkeren om zo uiteindelijk zeer veel extra verkeer naar je pagina te genereren. Het spreekt vanzelf dat Google dit fenomeen kost wat kost wil uitroeien. Daartoe wordt het algoritme dat zoekmachines gebruiken constant verfijnd en bijgewerkt.
Blog: een als alles goed gaat erg dynamische webstek waarop met grote regelmaat nieuwe berichten worden geplaatst over de meest uiteenlopende onderwerpen. Deze berichten verschijnen op het scherm in omgekeerde volgorde dan waarin ze zijn geschreven. Dus het jongste blogbericht verschijnt – meestal – als eerste op het scherm. Het blog is meestal in handen van één persoon die ook verantwoordelijk is voor de redactionele inhoud. Daardoor is de content vaak heel erg persoonlijk gekleurd, en dat is meteen ook de grote kracht van dit medium. Anders dan een klassieke website is hier doorgaans veel meer directe interactie mogelijk tussen de eigenaar/blogger en zijn lezers/volgers.
Blogarchief: De totale verzameling aan blogberichten dat een blog telt. Naarmate er meer blogberichten verschijnen wordt het een uitdaging om je blogarchief makkelijk doorzoekbaar te maken voor lezers, zodat ook (veel) oudere blogs nog gelezen worden.
Blogformat: Blogbericht geschreven volgens een bepaalde min of meer vastliggende formule, waarbij vaak dezelfde elementen terugkomen. Populaire formats zijn onder meer: “Spam je blog!”, “Q & A”, “Liebster Award”, en “unboxing”. Het staat iedere blogger vrij om er een eigen twist aan te geven of zelfs compleet nieuwe formats te bedenken.
Blogfrequentie: Hoe vaak (per week) er een nieuwe blogpost op een weblog wordt gepubliceerd. Het staat vast dat hoe vaker er nieuwe content verschijnt, hoe meer bezoekers de blog mag ontvangen. Vaste lezers hebben dan immers een goeie reden om het blog dikwijls te bezoeken. Bovendien gaat ook Google ervan uit dat een blog die regelmatig nieuw inhoud krijgt, een hoge(re) positie in haar zoekresultaten (als er tenminste ook voldoende “kwaliteit” wordt geleverd).
Blogger: Persoon die blogt, iemand die een blog onderhoudt.
Blogger: (gratis) blogdienst van Google, ook wel bekend als Blogspot.com. Iedereen kan hiermee snel en eenvoudig een gratis blog opzetten. En ook nadien is het zeer eenvoudig in gebruik. Het platform kent echter ook de nodig restricties.
Blogschrift: (BTj) Document waarin je alle mogelijke onderwerpen schrijft waarover je zou kunnen bloggen. Hoe je het indeelt en waarmee je het doet kan me weinig schelen. Zorg gewoon dat je je je invallen snel kunt noteren en bewaren. Het komt van pas op momenten dat je zonder inspiratie zit!
Blogosfeer: Het blogwereldje.
Body: Belangrijkste (inhoudelijke) van een blog(bericht).
C
C.M.S: Content Management System. Platform of software nodig om blogs en andere webdocumenten te maken en op het internet te zetten. Uiteraard zijn Blogger of WordPress veruit de populairste onder bloggers.
Community: (grote) groep van gelijkgezinden die elkaar regelmatig (online) treffen, meestal rondom een specifiek onderwerp of doel.
Content: Inhoud (van webpagina’s). Teksten, tekeningen en foto’s, video’s, e-books, software, podcasts.
Content is king: Engels credo dat als een waarschuwing geldt voor iedereen die (online) publiceert: Concentreer je op de inhoud van je site, maak dingen die lezers graag willen lezen en delen. Als je inhoud niet goed zit kan je blog nooit een succes worden. Concentreer je dus op (het vertellen van) een goed verhaal en pas nadien op relatieve bijzaken zoals een mooi blogdesign, het voeren van promotie voor je blog, de SEO of activiteiten op social media!
Contentpagina: Pagina waarop al je gepubliceerde berichten verschijnen. Het meest recente bericht bovenaan. Een enkele keer is het wel eens anders
Consistent bloggen: Volhardend bloggen (met een stabiel publicatieritme), met het oog op de lange termijn. Trouw aan je eigen principes, werkmethodes en inzichten ook. Op die manier bouw je aan een “kwaliteitsvol blog” met een trouw publiek dat weet wat het kan verwachten en wat niet.
Cornerstone content: Zeer uitgebreid en/of populair artikel over een belangrijk onderwerp op je blog. Cornerstone content wordt vooral ook gemaakt met het oog op een betere vindbaarheid in Google.
D
Dashboard (van een blog): Gedeelte van je blog dat niet zichtbaar is voor je lezer. Hier kan je je blogberichten schrijven en inplannen. En natuurlijk kan je hier ook je blog vormgeven en indelen.
DIY: Do It Yourself. Populair blogformat waarbij stap voor stap wordt uitgelegde hoe je bepaalde alledaagse voorwerpen maakt of knutselt. Vaak in vlog-vorm.
Dode links: Links die niet (meer) verwijzen naar een andere pagina. Wanneer een bezoeker erop klikt krijgt hij een foutmelding te zien.
Doelgroep: Het specifieke deel van de mensheid voor wie je blogt. Het publiek dat je in hoofdzaak aanspreekt met je blog.
Domain Authority: Score (tussen 0 en 100) die een indicatie geeft van hoe waarschijnlijk het is dat een site goed zal scoren in Google. Derhalve geeft de Domain Authority (DA) een idee van de kwaliteit en de algehele “reputatie” van een blog of website.
Domeinnaam kopen/registreren: Voor een klein bedrag (minder dan €10/jaar) ben je eigenaar van een internetadres. Wil je op dat adres bloggen, dan heb je ook hosting nodig. Domeinnaam en webhosting staan in principe los van elkaar. Maar om een en ander vlot te laten verlopen doe je er goed aan webhosting en domeinnaam aan te kopen bij een en dezelfde partij.
Duplicate content: Niet originele, gekopieerde inhoud. Google beschouwt duplicate content als inhoud van zeer lage kwaliteit. Bijgevolg zal een blog met (veel) duplicate content nooit hoog scoren in de zoekmachines.
E
(bloggen op) Eigen domein: Je hebt je blog volledig in eigen beheer: jijzelf registreert een dommeinnaam met bijhorende url (en bent er dus ook een jaar lang de eigenaar van). je huurt webruimte bij een hostingbedrijf naar keuze, installeert je blogsoftware en het bloggen kan starten. Jij bent eigenaar van alle inhoud die je aan je blog toevertrouwd.
Embedden: (digitale) documenten afkomstig van een andere locatie op het net invoegen (integreren) op je eigen site of blog. Dit gebeurt meestal via door een klein stukje code te kopiëren en vervolgens te plakken in je blog. Let daarbij wel op dat je blog in HTML(tekst)-modus staat.
Evergreen content: Artikels die zeer lang populair blijven. Ze blijven continu voor terugkerende bezoekers zorgen, ook lang nadat ze geschreven werden.
Evernote: Super handige software. Bedoeld voor het opslaan, catalogeren en terugvinden van grote hoeveelheden notities, webpagina’s en andere media. Er bestaat een gratis versie van Evernote.
Externe link: link die verwijst naar een pagina buiten jouw eigen blog of website.
F
Freeware: Gratis te downloaden software. Software-fabrikanten (en hobbyisten) bieden gratis software aan om je te laten proeven van de mogelijkheden van hun programma’s. Niet zelden heeft de freeware versie van een pakket beperkte mogelijkheden. Wil je gebruikmaken van alle functionaliteiten, dan moet je de betaalde versie kopen.
Focus zoekterm: Het (vanuit SEO-standpunt) belangrijkste zoekwoord of -combinatie van een blogpost of pagina. Welke woordcombinatie zou jij willen dat een potentiële bezoeker intypt in zijn zoekvak om bij jouw blog uit te komen?
Footer: Gedeelte helemaal onderaan je blog. Net als in de sidebar kan je er widgets plaatsen. Er zijn ook weblogs die geen footer gebruiken.
Frontend: De voorkant van een blog. Datgene wat het publiek online kan zien.
G
Gastblog: Blogbericht geschreven door een collega-blogger, maar gepubliceerd op jouw weblog. Het uiteindelijke doel van de onderneming is meer verkeer voor beide betrokken blogs.
Gebruikerservaring/gebruiksgemak: Aangezien internetters doorgaans niet veel tijd hebben is het belangrijk dat zij – eens ze op je blog zijn aanbeland – makkelijk hun weg vinden. Onder meer makkelijk leesbare lettertypes, een aangename layout, een logische navigatie en een snel ladende website spelen hierin een rol.
Google: ’s Werelds grootste internetzoekmachine. Goed 90% van alle zoekopdrachten in onze contreien verloopt via Google. Op nummer 2 staat video-dienst Youtube, ook al eigendom van Google…
Google Adsense: Advertentiemakelaar. De dienst biedt bloggers de mogelijkheid om geld te verdienen middels het plaatsen van advertentieblokken op hun blog.
Google Analytics: Google’s gratis programma om bezoekers-statistieken bij te houden. Eigenlijk is het compleet pakket dat je in staat stelt het gedrag van bezoekers op je blog te analyseren. Leuk speelgoed voor de hobbyist, een aanrader voor eenieder die blogt met een commercieel of professioneel doel in het achterhoofd.
Google Domineren: Steevast en snel bovenaan in Google geplaatst worden met je nieuwe stukken of pagina’s.
Grafische interface: Zowat alle blogplatformen maken er gebruik van. Het is een grafische gebruiksomgeving die de blogger toelaat om op een eenvoudige manier het uiterlijk en de indeling van een blog te wijzigen. Hierdoor hoeft de blogger geen kennis te hebben van HTML of andere computertaal.
Gratis bloggen: Je blog wordt gehost door het bedrijf dat jou de mogelijkheid biedt een gratis blog aan te maken. WordPress(.com) en Blogger (Blogspot.com) zijn de bekendste, maar er zijn nog andere aanbieders. Binnen een paar minuten staat je blog online en er zijn ook geen verborgen kosten. Daar staat tegenover dat de mogelijkheden (qua lay-out en indeling) wat beperkt zijn. Dat hoeft voor jou natuurlijk geen probleem te zijn. Hét grootste nadeel is dat juridisch gezien geen eigenaar bent van je eigen content. Blog je vanuit commercieel oogpunt, dan is gratis bloggen sowieso uitgesloten; het is simpelweg verboden.
Groepsblog: Blog die onderhouden wordt door (een redactie van) verschillende bloggers. Meestal gebeurt dit vanuit een bepaalde gemeenschappelijke visie op een onderwerp.
H
Header: Het bovenste, meest zichtbare gedeelte van een blog. Naast een foto of andere achtergrond bevat het ook de blogtitel en eventueel een baseline of een (korte) uitleg, zodat de bezoeker weet wat die zoal mag verwachten. Voor het maken van een goede header. Zorg dat ie opvalt en jouw persoonlijkheid reflecteert.
Hosting(bedrijf): Blog je op een eigen domein, dan kan je niet zonder. Het bedrijf verhuurt webruimte, en zorgt er samen met jou voor dat je blog online blijft. Daarnaast kan je hier ook een domeinnaam laten registreren. Als je nog geen domeinnaam hebt is het zeer aan te raden je domeinnaam te kopen bij dezelfde firma die je hosting zal verzorgen.
HTML: Computertaal bestaande uit codes (tags). Met HTML kan je websites en blogs bouwen en eventueel aanpassen.
I
Influencer: Blogger die zeer veel invloed heeft in sociale media. Zeker als het gaat over het hoofdonderwerp van haar blog. Ze geldt als een autoriteit binnen haar vakgebied en heeft daardoor een grote groep volgers rond zich verzameld. Haar blog krijgt veel bezoekers, wordt makkelijk gevonden in de zoekmachines en haar blogposts worden erg makkelijk verspreid via social media. Als zij iets zegt, dan wordt er geluisterd…
Interne link: link die verwijst naar een pagina binnen jouw blog of website.
J
Junkblog: (BTj) Blog met zeer weinig inhoudelijke kwaliteit.
K
Klassieke website: Traditionele, veel statischer site dan een blog bestaande uit enkele pagina’s. Dit type site is in principe veel minder geschikt om te bloggen en vooral bedoeld om sec informatie over te brengen. Nog een belangrijk verschil met blogs: de directe communicatie en interactie met het publiek is quasi onbestaande.
L
Landingspagina: Dat deel van een blog dat een (nieuwe) bezoeker te zien krijgt wanneer hij een link naar je blog aanklikt, zonder een bericht of pagina te openen én zonder ook maar een millimeter naar beneden te scrollen. Dat is het belangrijkste deel van je blog. Het is ook je visitekaartje.
Lifeblog: Soort blog. Meer nog dan een persoonlijk blog is dit blog opgevat als een echt online dagboek. Lifeblogs hebben vaak een wat kleiner aantal volgers. Die volgers zijn niet zelden hondstrouw.
Link: Zie Anchor text
Login: (set van) persoonlijke gebruikersnaam en password om toegang te krijgen tot (een bepaald gedeelte van) een blog, website of persoonlijk document.
Longread: blogformat: Journalistiek verantwoord blogbericht. Met 3 tot 4.000 woorden is het veel langer dan gebruikelijk. Verder maakt het bericht gebruik van rich content zoals foto’s, grafieken, infografics, filmpjes,.. Er gaat bijzondere aandacht naar de opmaak en indeling van het artikel.
M
Makkelijke navigatie: De (toevallige) bezoeker vindt op een makkelijke, logische manier zijn weg doorheen je weblog; vindt makkelijk de weg naar jouw (ook oudere) berichten.
Medium: Nieuw blogplatform op poten gezet door ex-werknemers van Twitter en Blogger.
Menubalk: Smalle balk met links die je naar andere webpagina’s brengt. Vaak zijn dat andere pagina’s binnen je website, maar dat hoeft niet per se het geval te zijn. Met een menubalk (met bijhorende pagina’s) heeft je blog meer weg van een klassieke website.
Mobile first: (design)filosofie waarbij men ervan uitgaat dat het mobiele internet almaar aan belang wint. Bij het ontwerp van een blog of website moet daar rekening mee worden gehouden. Zo moet je erover waken dat je blog ook prettig leest op een smartphone. Diezelfde smartphone-gebruiker heeft trouwens belang bij een blog dat zeer snel laadt.
N
Nicheblog: Soort weblog opgezet rondom één, maximaal 2 erg nauw aansluitende onderwerpen. Nicheblogs vinden doorgaans gemakkelijker een (trouw) publiek, net omwille van die ‘specialisatie.’ Met een goed nicheblog wordt jij (h)erkent als de expert in het door jou gekozen onderwerp. Om die reden scoren nicheblogs ook vaak makkelijker goed in de zoekmachines.
Nofollow links: Links die – in tegenstelling tot gewone links (dofollow) niet “gevolgd” worden door zoekrobots. Bijgevolg geeft Google aan dergelijke links ook geen waarde. Betaalde en affiliate links moeten altijd nofollow zijn volgens de richtlijnen van Google.
O
Omniblog: (BTj) Persoonlijke blog met een grote diversiteit aan onderwerpen en formats. Net als bij persoonlijke blogs komt de eigenheid van de blogger duidelijk naar voor, Doordat de schrijver vaak onderwerpen brengt die buiten zijn onmiddellijke levenssfeer liggen (en bijvoorbeeld vaak inhaakt op trends en nieuwsfeiten) kan hij doorgaans een breder publiek aanspreken.
Op de blog af: Via een schriftelijk interview laat ik bijzondere bloggers vertellen over hun blog.
P
Page Authority: Score – naar analogie met de Domain Authority die een indicatie geeft van hoe waarschijnlijk het is dat een individuele webpagina goed zal scoren in Google.
(google) PageRank: Vaak afgekort tot PR. Schaal waarmee Google het belang en de populariteit van webpagina’s meet. PR0 staat dan voor ‘onbelangrijk/niet populair’, PR10 betekent ‘zeer belangrijk/erg populair’. Dit gebeurt vooral op basis van links naar een pagina. Hoe meer mensen een link leggen naar jouw pagina, des te belangrijker wordt je pagina in de ogen van Google. Heb je als Nederlandstalige blogger PR3, dan ben je al zeer goed bezig. Jaar na jaar neemt het belang van de PageRank in de beoordeling van webpagina’s echter af.
Pageviews: Het totaal aantal keren dat bezoekers een link naar jouw blog of pagina aanklikte, gemeten over een bepaalde periode.
Persoonlijk blog: De blogger zoekt zijn/haar onderwerpen meestal om en rond zijn/haar onmiddellijke privésfeer. Soms krijgt de lezer een erg explicite inkijk in de gevoelswereld van de blogger.
Plugin: Apart te verkrijgen stukjes software bedoeld om je blog wat persoonlijker aan te kleden of om meer functionaliteit aan je blog toe te voegen.
Professional blogger: (BTj) Iemand die de ambitie heeft om via zijn weblog (een flink deel van) zijn boterham te verdienen. Dat kan rechtstreeks gebeuren (door gewoon betaald te worden om te bloggen). Veelal gebeurt het echter onrechtstreeks door via je blog (potentiële) klanten te lokken en zo de omzet van een onderneming te verhogen.
R
Randactiviteiten rondom het bloggen: (BTj) Alle activiteiten die niets met het bloggen an sich te maken hebben, doch wel belangrijk zijn voor het welslagen van je blogproject. Ik heb het dan over dingen als het zoeken naar geschikte onderwerpen om over te bloggen, het promotie voeren voor je blog, het bezoeken van andere blogs, het reageren op andere bloggers, het antwoorden op vragen van lezers en volgers, het zoeken naar manieren om het blog nog beter te maken, enzovoort.
Reach: Het (potentieel) aantal mensen dat je kan bereiken via een blog of via social media.
Reactie: Geschreven commentaar van een lezer/volger onder een (blog)bericht. Onder meer door de opkomst van sociale media (die het veel minder tijdrovend maken om op een blogpost te reageren) daalt het gemiddeld aantal reacties onder een blog.
Reputatie in Google: Blogs met een goede reputatie worden sneller opgepikt en krijgen sneller een plaatsje in de bovenste regionen van de zoekresultaten. Hoe kom je aan die goede reputatie? Simpel: door zo goed mogelijk de regels van Google te volgen.
Responsive design: Het theme van je blog past zich automatisch aan aan de grootte van het scherm. Hierdoor blijf je blog altijd fijn/makkelijk leesbaar voor je bezoeker. Het maakt daarbij niet uit of hij/zij je blog raadpleegt op een breedbeeldmonitor, een laptop of een smartphone.
S
Schema.org: Stukjes code bedoeld om Google te helpen om beter te begrijpen waar een specifieke webpagina precies over gaat. Het helpt soms om hoger te komen in Google. In theorie kan je Schema zelf uitdokteren, maar almaar meer aanbieders van WordPress-plugins geven je de mogelijkheid om middels het instellen van vinkjes de juiste instellingen automatisch te regelen.
Screencast: Videoblog (al dan niet gesproken) waarbij de kijker een zicht krijgt op het computerscherm van de maker. Die kan heel makkelijk uitleggen hoe bepaalde software werkt of moet worden ingesteld.
S.E.O: (Engelse) afkorting die staat voor Search Engine optimization. De ‘wetenschap’ die er zich op toelegt een blog of website zo hoog mogelijk in de zoekresultaten van zoekmachines te posteren. Lukt dat, dan heeft een blog het voordeel om erg makkelijk nieuwe bezoekers te kunnen aantrekken.
Sessies: (per tijdseenheid) Term afkomstig uit Google Analytics. Aantal keren dat een blog of pagina is bezocht.
Share: Bericht op social media met daarin een link naar een interessant blog/artikel/website/online bestand,… dat men wil aanbevelen bij volgers.
Sidebar: De smalle kolom(men) aan de zijkant van de blog waar geen blogposts kunnen worden geplaatst. Je kan er wel widgets onderbrengen, maar dit is niet verplicht. In het merendeel van de gevallen blijven de sidebars altijd zichtbaar, ook als je naar een andere pagina gaat.
Slapend blog: (BTj) Blog dat nog wel online is, maar waar de laatste maanden of zelfs jaren niks meer is gebeurt.
(rich) Snippets: Speciale, door Google uitgelichte items in de zoekresultaten. Google zelf gebruikt in dit verband de Nederlandse term Google-samenvattingen. Ze worden helemaal bovenin de resultatenpagina geplaats, nog voor het eerste item. Snippets bevatten veel meer informatie, zoals het rechtstreekse antwoord op een concrete vraag, extra foto’s of tekeningen, een lijst met concrete tips. Omdat deze snippets rechtstreeks afkomstig zijn van (blog)artikels op het net kunnen ze potentieel veel bezoekers opleveren.
Soort blog: Grote algemene categorie waarin een blog thuishoort. Ikzelf gebruik er maar een paar. Op Wikipedia vindt je een hele lijst.
Spam: Ongewenste/frauduleuze/opdringerige/vervelende e-mail of reacties met soms erg kwaadaardige links.
Statische Pagina: Een pagina van je blog waarop in principe geen berichten verschijnen. Je kan hier de informatie kwijt die doorgaans niet erg veranderd. Een pagina met je contactgegevens bijvoorbeeld, of een About me-pagina.
Steekvlampolitiek voeren: (BTj) Het tegenovergestelde van Consistent bloggen. Bloggen met het oog op het korte termijn succes.
Structured data: Zie Schema
T
Techblog: Blog gewijd aan (erg) technische of wetenschappelijke onderwerpen.
Themes/Thema’s/Templates/Sjablonen: Bepalen in grote mate vormgeving en indeling van een blog. Je kan ze gebruiken zoals ze worden aangeleverd, maar vaak kan je ze ook nog aanpassen naar eigen smaak en behoefte. Sommige ervan mag je gratis downloaden, voor andere moet je betalen. Betaalde blogthema’s zijn meestal beter afgewerkt en bieden doorgaans meer features die het werk voor de blogger een stuk makkelijker kunnen maken. Blogger gebruikt de term sjablonen.
Tone of voice: Je specifieke taalgebruik, je schrijfstijl. Op een blog is die doorgaans wat informeler en persoonlijker als het goed is. Het is een van de dingen waardoor je weblog zijn kop boven het maïsveld kan uitsteken. Veel hangt natuurlijk ook af van je doelgroep: huismoeders benader je anders dan puberende tieners of advocaten.
Topic: Onderwerp (om over te bloggen).
Trending topic: Onderwerp/nieuwsfeit dat op vele blogs druk becommentarieerd wordt.
Tutorial/How To: Blogformat. Digitale handleiding bij een computertoepassing of creatief proces, soms onder de vorm van een vlog.
U
Unieke bezoeker: Individuele persoon die jouw blog bezoekt, al was het maar één keer. Het aantal unieke bezoekers dat je site bezoekt (over een bepaalde periode gemeten) geeft een veel duidelijker beeld van de “performantie” van je blog dan het aan pageviews.
Unieke content: 100% eigen (geschreven) en nergens anders op het web te vinden inhoud.
Update: Nieuwe versie van software, internetplatformen of artikelen. Meestal met het oog op aanpassingen, verbeteringen of een betere beveiliging ervan.
Url: Internetadres. Datgene dat je intikt in je browser om op een bepaalde webpagina te komen. Elke pagina op het web heeft zijn unieke url.
User intent: Zoekintentie (van een gebruiker). Datgene waar een gebruiker/bezoeker/lezer écht naar op zoek is wanneer ‘ie een bepaalde zoekterm intypt of een artikel leest. Om succesvol te bloggen je zorgen dat jouw artikel precies datgene biedt wat je lezer zoekt. Het volstaat niet om – bijvoorbeeld – te scoren in Google op een zoekterm.
V
Verdienmodel: Manier om (onrechtstreeks) geld te verdienen via je blog.
Viral: Een bericht wordt razendsnel gedeeld via social media en wordt zo in een mum van tijd een regelrechte hype op het internet.
Vlog, Video-bloggen: Blogformat waarbij de blogger zelf een filmpje maakt en zo zijn verhaal vertelt in plaats van een geschreven blogbericht.
Voice search: Zoekopdrachten worden niet ingetypt in een zoekmachine, maar ingesproken via Google Assistent, Siri, of gewoon via de smartphone. Zoekopdrachten worden zo vaker de allure van een conversatie (met volzinnen in plaats van losse zoekwoordjes).
W
Waardevolle content: Heel algemeen: inhoud waar jouw gemiddelde lezer wat aan heeft. Content die veel gelezen en graag gedeeld wordt. Content die er (op de duur) voor zorgt dat je blog bovenaan komt in de zoekresultaten van Google komt te staan.
Webbased toepassingen: Programma’s die je volledig via het internet kan gebruiken en beheren. Het is dus niet nodig de software op je computer te installeren.
Webruimte: “Harde schijf” op het internet. Blog je op een eigen domein, dan heb je deze nodig om alle onderdelen en bestanden van je blog te bewaren. Deze webruimte huur je jaarlijks bij een hostingbedrijf. Een beetje hobbyblogger heeft tussen de 200 en de 500 MB nodig. Prijzen variëren doorgaans van helemaal niets (tijdelijke actie) tot ongeveer €50/jaar. Ik wil je toch één goede raad meegeven: laat je niet verblinden door de lage prijs en informeer jezelf!
Widget: Een bijkomend onderdeel dat in de sidebar of de footer van een blog kan worden geplaatst, om de blog wat meer aan te kleden, dan wel extra functionaliteit mee te geven. Bij Blogger spreekt men over gadgets.
Winactie: Wedstrijd of prijskamp georganiseerd om en rond een blog. Lezers en volgers kunnen met andere woorden iets winnen. De achterliggende bedoeling is meestal om (veel) extra verkeer naar een blog te brengen en/of een bepaald product te promoten.
Woordblog: (BTj) Blog dat het vooral moet hebben van het geschreven woord en veel minder van het sprankelend design of extravagante indeling. Verder zal een woordblog zelden verworden tot een multimediaal totaalspektakel. Schermvullende foto’s, filmpjes, podcasts en dergelijke zal je hier nauwelijks vinden.
WordPress: ’s Werelds populairste software om te bloggen. Het is iets minder intuïtief als Blogger (Blogspot.com), maar de mogelijkheden zijn een stuk uitgebreider. Het toepassingsgebied van WordPress beperkt zich niet tot bloggen alleen. Je kan er volwaardige websites mee maken en ook directory sites en webwinkels, bijvoorbeeld. WordPress heeft een versie waarmee je gratis kan bloggen. De andere mogelijkheid is dat je WordPress installeert op een eigen domein.
Y
YMYL-content: Term uit de SEO-wereld, waarbij YMYL staat voor Your Money (or) Your Life. Content die handelt over je geld of je leven. Bij artikels die handelen over thema’s over financieel-juridisch advies en medische onderwerpen hecht Google extra belang aan de kwaliteit van de geboden info. De reputatie van de auteurs wordt extra in de gaten gehouden. Onder meer daarom is het veel moeilijker om met een nieuwe blog/site goed te scoren in Google.
Yoast SEO: Eén van de bekendste en meest gebruikte WordPress-plugins voor Zoekmachineoptimalisatie. Yoast SEO “monitort” tijdens het schrijven of je artikel geschikt is om goed te scoren in Google. Het geeft ook suggesties ter verbetering. Als blogger is het zaak je niet gek te laten maken door zo’n plugin. Mooie, informatieve content maken is belangrijker dan “groene bolletjes verzamelen” in Yoast SEO.
Z
Zoekmachineoptimalisatie: Zie S.E.O.
Zoekrobots: programmatuur die erop gericht is het internet te doorzoeken en te inventariseren.
Zoekterm, zoekwoord, zoekopdracht: Datgene wat een internetter intypt in zijn zoekmachine om (eventueel) op jouw blog terecht te komen. Men onderscheidt 2 soorten: short term (zoekopdrachten die uit 1 of 2 woorden bestaan) en long term (zoektermen die uit meer dan 3 woorden bestaan).